Intentie

Intentie, wat een mooi woord. Als je intentie uitspreekt lijkt het of je intensie zegt. Ik denk ook dat het woord intentie intenser is dan we denken. Er zit ontzettend veel kracht en macht in je intentie.

 

Ik wil graag  de intentie van spraak ter sprake brengen. Waarom zeg je wat je zegt? Wat is de intentie van je woorden? Ik ben daar eigenlijk pas sinds mijn eerste yoga opleiding, vinyasa in 2016, bewust mee bezig gegaan. Omdat mijn “teachertrainingsteacher” Mandy Lathan, wat trouwens echt een lieve topvrouw is, ons daar elke opleidingsdag weer van bewust maakte. Waarom zeg je wat je zegt? Dat vond ze altijd zo belangrijk. Voordat je gaat praten, bedenk dan eerst waarom je datgene wilt zeggen. Hoeft niet altijd natuurlijk. Want als je in de kroeg slap staat te ouwehoeren over piemels en tieten, ga je je natuurlijk niet af zitten vragen wat de intentie is van je slappe geouwehoer over piemels en tieten. Het leven hoeft niet altijd serieus te zijn, het moet ook wel een beetje leuk blijven.

 

Maar goed, ik zal nu een aantal interessante voorbeelden geven van de verborgen intentie achter het praten.  

 

In mijn laatste baan als civieltechnisch ingenieur was mijn functie inspecteur. Ik had een project waarbij ik putten van waterleidingen moest inspecteren voor een waterschap in Brabant. Sommige putten moest ik samen met een medewerker van het waterschap inspecteren, omdat ik de sleutels van de hekken niet had. Dus ik zat dan de hele dag met Henk (vanwege privacyredenen zeg ik niet dat ‘ie in het echt Jan heet) in de auto, op weg naar de putten. Henk was al wat ouder en zat op z’n Brabants aan één stuk door in mijn oor te tetteren. En het ging werkelijk waar helemaal nergens over. Over zijn neef, die daar en daar woonde. Over zijn nicht, die daar en daar woonde. Over zijn collega, die een burn-out had. En als ik wat wilde vertellen, kreeg ik geen millimeter ruimte. Het was net een Italiaanse centrumverdediger. Hij denderde gewoon over mijn woorden heen. Tot ik het op een gegeven moment in de middag zo zat was, dat ik aan Henk vroeg waarom hij al deze informatie aan mij kwijt wilde. En dat ik er eigenlijk niet zo in geïnteresseerd was. En of hij zich wel realiseerde dat hij zoveel praatte. En of ik ook wat mocht vertellen. Henk  realiseerde zich niet dat hij zoveel praatte en verontschuldigde zich. En vijf minuten later ging hij vrolijk verder met vertellen. Hij miste dus ook een empathieknobbel in zijn hersenpannetje. Maar nu ging zijn spraak wel over iets wezenlijks, waardoor ik begreep waarom hij zoveel praatte. Hij vertelde dat zijn vrouw een paar jaar geleden overleden was. En dat hij nu wel een nieuwe vriendin had die hij soms zag, maar dat die helemaal niet zo aardig was. En dat hij zijn werk niet leuk vond omdat hij geen goed contact met zijn collega’s had. En dat hij eigenlijk best wel eenzaam was. Nu had hij eindelijk een sociale Rotterdammert in zijn auto en hij greep deze kans met beide handen aan om zijn hele levensverhaal aan mij te vertellen. De onderliggende intentie van Henk was dus: veel praten om zijn eenzaamheid even niet te voelen. En ik dacht: dank je wel Henk, met de wijsheid van nu, begrijp ik je veel beter.

 

Een ander voorbeeld was toevallig ook bij dezelfde werkgever. Ik moest een dag inspecteren met Piet (vanwege privacyredenen zeg ik niet dat ‘ie in het echt Marco heet). Piet was een jonge knaap van ongeveer de helft van mijn leeftijd. Hij kwam niet uit Brabant, maar zat wel aan één stuk door in mijn oor te brullen. Net als Henk. En ik liet dat zo een tijdje begaan. Het ging over zijn hobby’s. Mountainbiken, scheuren op een crossmotor, en vrouwen. En we hadden een gedeelde muziekinteresse: punk. Dat was dan wel weer leuk. Maar Piet liet eigenlijk ook niet veel ruimte voor woorden van mijn kant. En ook heel weinig ruimte voor stilte. Die soms zo lekker is. Op een gegeven moment in de middagpauze was ik het net zo zat als bij Henk. Ik vroeg aan Piet waarom hij zoveel praatte. En waarom ik zo weinig praatruimte kreeg. Piet schrok en bood zijn excuses aan. Hij dacht dat ik verlegen was. Omdat ik niet direct veel praatte, ging hij alle leegte op zitten vullen. Omdat hij dacht dat ik me anders ongemakkelijk zou voelen. Terwijl dat natuurlijk niet zo was. Ik ben niet verlegen. Maar ik vind stilte gewoon heerlijk. De onderliggende intentie van Piet was dus: verantwoordelijkheid willen nemen voor het vermeende ongemak van de ander door de stiltes op te vullen. En ik dacht weer: bedankt Piet, met de wijsheid van nu, begrijp ik je veel beter.

 

Nog een laatste voorbeeld en dan stop ik er weer mee. Ik zat laatst in de trein terug naar huis vanuit Amsterdam. Ik had palpatiedag gehad van de osteopathieopleiding. Palpatiedag houdt in: de hele dag aan elkaar zitten om comfortabel met andere lichamen te worden. Ik zat in het treinstel met een meisje van de opleiding. Ik dacht dat ze een beetje ongemakkelijk was. Dus ik probeerde haar op haar gemak te stellen door haar geïnteresseerde vragen te stellen over haar leven. En telkens wanneer we even uitgepraat waren voelde ik het ongemak weer groeien. En dan ging ik weer leuke, geïnteresseerde vragen stellen. Het was best een ongemakkelijke en vermoeiende treinrit. En toen ik thuiskwam, bedacht ik me: shit joh, ik zat gewoon een Pietje te doen! Ik deed precies wat Piet deed. De leegtes opvullen omdat ik dacht dat het meisje verlegen was en zich ongemakkelijk voelde. Maar misschien had het meisje het wel prima gevonden als het stil was. Mijn intentie was duidelijk exact dezelfde als die van Piet: verantwoordelijkheid willen nemen voor het vermeende ongemak van de ander door de stiltes op te vullen. En ik dacht weer: Bedankt Ruud, met de wijsheid van nu, begrijp ik je veel beter!

 

Zo zie je maar. De intentie van spraak is vaak heel anders dan wat er aan de oppervlakte gezegd wordt.   

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.