Daar stonden ze dan. Tien prachtige dames en een verdwaalde heer die speciaal voor mij een erehaag maakten.
Iedere zondagochtend is het genieten. Ik word wakker, stop wat voeding in m’n mond, trek m’n sneakers aan, trek de deur achter me dicht, doe m’n kleren aan en loop naar het park. Hmmmm. Iets klopt er niet in deze volgorde.
Als ik de hoofdentree van het park betreed, staan ze al voor me klaar. Groepen hevig sportende mensen. Bijna altijd vrouwen. Ik loop door het groen en onderwijl vormen de sportende dames dus erehagen, speciaal voor de wandelaars. Het voelt toch altijd een beetje alsof het speciaal voor mij is. Je wordt besprenkeld met een overdaad aan energie en liefde. Zoveel dat het ongemakkelijk wordt. Je ziet het ook aan de vrouw op de foto met de roze jas aan. Ze weet niet waar ze kijken moet joh.
Op mijn vaste rondje kom ik met een beetje geluk nog drie wildsportende clubs tegen, ze maken echt allemaal erehagen voor me. Uiteraard voorzien van bassige beats uit draagbare gettoblasters. Je ziet daardoor op zondag ook steeds meer mensen in het park. Iedereen wil overgoten worden met die liefdevolle energie en dansmuziek. We komen met z’n allen stuiterend het park uit en we weten niet eens waar we het aan hebben verdiend!
Stadsparken hebben dus een nieuwe functie gekregen. Van rustplek om te bosbadderen naar toevluchtsoord voor stampende sportfanaten op dampende beats. ‘I wanna see the rainbow high in the sky, I wanna see you and me on a bird flying away!’ Die birds zijn al weggevlogen, die hebben inmiddels eieren voor hun geld gekozen. Die konden de liefde van de erehagen en het geluid uit die rare ronde trillende boomstammetjes niet aan. Maar dat mag de pret niet drukken, want wij mensen willen sporten en liefdevolle erehagen. Supergezond. Vandaag snap ik het ook wel hoor. Die vrouwen moeten allemaal de Ajax-Feyenoord-stress kwijt.